Klimmen en Stanley ontdekken in Zimbabwe
In 2016 ben ik gestopt met studeren. Ik verhuisde naar Atlanta, Georgia om me fulltime bezig te houden met fotografie en filmmaken.
In juni van dat toch al hectische jaar werd voor de tweede keer kanker bij me geconstateerd. Ik werd onmiddellijk opgenomen in het ziekenhuis en onderging nog geen 24 uur na mijn diagnose een spoedoperatie, voor de tweede keer. Na de operatie ontdekten we dat ik een zeldzame vasculaire-lymfatische invasie had. Het komt erop neer dat de kankercellen zich aan mijn voormalige tumor hebben gehecht, in mijn bloedbaan zijn terechtgekomen en zich in mijn lymfeklieren hebben genesteld. Ze konden elk moment geactiveerd worden in mijn buikvlies, mijn longen en mijn hersenen.
Rond die tijd vertelde een vriendin me dat ze naar de Matobo Hills in Zimbabwe zou gaan, om oude vrienden van haar te bezoeken die daar een ranch hadden. Chris en Norma, de mensen die de ranch runnen, zijn een ouder, onbaatzuchtig echtpaar dat met hun winst de arme gemeenschappen om hen heen ondersteunt.
Toen wij er waren, leverden ze bijvoorbeeld honderden fietsen aan studenten die zo'n vijftien kilometer naar school moeten reizen, om de vele gevaren van de dagelijkse reis te beperken, zoals verkrachting en ontvoering.
Mijn vrienden vertelden me dat deze plek een soort rustoord was.
"Ga gewoon mee en je zult het zelf zien. Je komt daar tot rust en dat heb je al een tijd nodig. Ga daarna terug, zodat je uitgerust aan de rest van je chemotherapie kunt beginnen."
Mijn eerste dag van de chemotherapie was gepland tijdens de eerste eventuele week in Zimbabwe.
Ik besloot twee dagen voor vertrek dat ik naar Zimbabwe ging. Mijn artsen en mijn familie waren behoorlijk boos over de beslissing. Ik heb de laatste 1.500 dollar van mijn spaarrekening overgemaakt voor het vliegticket. Ik zou bij thuiskomst geen geld meer hebben. Maar ik WIST in mijn hart dat ik dit nodig had. Ik had de rust nodig. Ik wist dat ik op het punt stond weer een nare weg in te slaan van nachtmerries, wekenlang overgeven en ijlen. Ik had deze rust nodig. Ik had deze voorbereiding nodig.
Ik ontdekte dat twee van de jongens waarmee ik reisde, die ik nooit had ontmoet, toevallig ervaren klimmers waren. De eerste middag die we doorbrachten op de ranch in de Matobo Hills, vroegen ze me of ik met hen wilde gaan klimmen. Tegen het einde van mijn middelbareschooltijd en tijdens mijn studie was ik verslingerd geraakt aan kajakken, hiken en kamperen. Klimmen was iets wat ik altijd al wilde doen en altijd al wilde fotograferen. Ik kende geen klimmers en dacht altijd dat je in het westen van de Verenigde Staten moest wonen om er een te zijn. Ik was heel blij dat ik eindelijk de kans kreeg om te klimmen. Terwijl ik me vasthield aan de achterkant van een kleine rode truck reden we over de Savannahweg naar een reusachtig plateau van prachtig grijs graniet.
De eerste route die ze me aanboden was een gigantische schoorsteen met een top-rope. Mijn God wat was ik bang, toen ik zo'n zes meter boven de grond aan een touw hing. Ik was zo bang om te vallen, dat ik de achterkant van mijn hoofd tot bloedens toe tegen de schoorsteen schuurde terwijl ik vloekte en tierde. Daarna durfde ik voor het eerst van mijn leven het touw in mijn handen te nemen. Ik kwam naar beneden en ze verleidden me om nog een route te doen, iets supermakkelijks.
Ik zal nooit vergeten hoe ze me aanmoedigden terwijl ik me een weg omhoog vocht. Ze riepen, "Yeah, Kenny! Kom op!" Luid, puur en eerlijk.
De volgende avond gingen we met de truck terug naar een ander deel van het park, naar een werkelijk unieke sportroute langs een ravijn. Op deze route zette Landon, een mijn nieuwe vrienden, me voor het eerst van mijn leven in de ankers, zodat ik de klimmers van bovenaf kon fotograferen. Ik hoorde het geluid van snelle bewegingen over het graniet en touw dat heen en weer gleed en zag de zon ondergaan aan de horizon. Hierboven was geen ruimte voor werkstress. Er was geen ruimte om te twijfelen over mijn beslissingen of mijn toekomst als kunstenaar. Er was geen ruimte voor kanker, er was alleen het hier en nu. Voor het eerst in lange tijd was mijn hoofd maar op één plaats. Ik was aanwezig. Ik was zo bang en opgewonden dat ik om mezelf moest lachen. En ik was bevangen door de adembenemende schoonheid van de zon die onderging over het groen en het bruin van de heuvels, die gloeiden in het laatste licht van de dag.
Toen ik tijdens de terugreis achterin de truck zat, hield ik me vast aan het rek boven me, zelfs toen we over de gebaande paden reden. Het landschap was aan alle kanten wijds. Ik zal nooit het gevoel vergeten hoe ik achterover leunde, mijn ogen dicht deed en de perfecte temperatuur van de wind en de lucht op mijn gezicht voelde. Het gebrom van de kleine dieseltruck, de reserveband die heen en weer stuiterde, lachende mensen in de cabine.
Ik wist dat ik op de juiste plaats was. Mijn ziel was vol, aanwezig. In gedachten fluisterde ik 'dankuwel', als een gebed.
Het viel me op dat Thomas, een van de klimmers, altijd een klassieke groene Stanley thermosfles bij zich had op de ranch. Hij opende de fles, goot dampende koffie in het deksel en wachtte rustig af tot het volgende gesprek. Dat raakte me. Hij was echt, echt goed in aanwezig zijn. Hij luisterde zoals ik nog nooit iemand naar andere mensen had zien luisteren. Hij dacht niet na over wat hij zelf ging zeggen terwijl een ander tegen hem sprak. En als ze klaar waren, dacht hij na. Hij dacht echt na over wat hij ging zeggen. En als hij het niet wist, zei hij dat hij het niet wist. Hij had een rust over zich die ik nog nooit bij iemand anders had gezien. Om een of andere reden zag ik tijdens die twaalf dagen overal Stanley thermosflessen . In mijn hoofd werden ze een symbool voor aanwezig zijn in het moment.
Elke avond aten we samen en praatten we rond een vuur. Op een van die avonden rond dat vuur vroeg Thomas me met iedereen te delen dat ik ziek was. Er viel een stilte en er waren stille tranen. Daarna stond iedereen om me heen. Mensen zeiden vriendelijke woorden tegen me, sommigen gingen voor me bidden. Chris, de eigenaar van de ranch, die in de zeventig is, begon een hymne uit Wales te zingen. Mijn ogen waren gesloten, ik kreeg kippenvel en er veranderde iets in de lucht.
Toen ik thuiskwam wilde ik per se Stanley e-mailen om dit verhaal te vertellen. Ik vertelde hen dat ik ongelooflijke ervaringen had opgedaan in de buitenlucht en dat ik deel wilde uitmaken van een team dat mensen net zo enthousiast kon krijgen als ik was. Een paar weken later namen ze me aan als merkambassadeur.
We kwamen op een vrijdag thuis en mijn chemotherapie zou de maandag daarop beginnen. Ik vertelde de dokter dat ik het gevoel had dat er iets veranderd was en dat ik nog een scan wilde voordat we begonnen. Tegen hun advies in stelde ik de behandeling een week uit en werden er nieuwe scans gemaakt. Toen ik aan het werk was op een gezamenlijk kantoor in Atlanta, belde mijn dokter me. Ik stapte naar buiten om zijn telefoontje aan te nemen, trillend van de zenuwen. Mijn tumormarkers waren gedaald. De kanker was aan het verdwijnen. Ik viel op mijn knieën op de stoep van de Old Fourth Ward in Atlanta.
Dat jaar werd Thomas mijn mentor op en naast de klimmuur. Klimmen werd een groot deel van mijn leven. Het bracht me over de hele wereld, zelfs naar het zuidoosten van de Verenigde Staten. Het blijkt dat er hier veel geklommen wordt en dat er een fenomenale gemeenschap van klimmers is! Thomas leerde me dat een leven dat in het teken staat van buiten zijn, egoïstisch kan worden, maar dat dit niet zo hoeft te zijn. Hij leerde me dat als je mooie buitenervaringen deelt, je andere mensen kunt helpen. En dat je iets goeds kunt doen voor het behoud van de plekken die zoveel voor ons betekenen.
Blijf op de hoogte van Kenny's avonturen door hem te volgen op Instagram.
OVER KENNY GAMBLIN
Kenny is een klimmer, fotograaf en filmmaker uit Atlanta (Verenigde Staten). Zowel op de berg als in de studio probeert hij iets universeels te vinden in de harten van mensen. Kenny probeert momenteel voet aan de grond te krijgen als kunstenaar en videobewerker, zodat hij op afstand kan werken. Hij wil zich volledig onderdompelen in de belangrijke verhalen die hij wil vertellen en meemaken.